"Søren Lerby zei toen: 'hou er g*dverdomme eens één tegen, man!"

"Dat was één van de zwaarste dingen om te doen, zo'n penalty in de finale. Die serie duurde vrij lang en dan moet je je voorstellen: je kiest de vijf beste of de vijf mentaal sterkste. Maar goed, de gasten die niet bij de eerste vijf zitten, die willen allemaal liever niet. Maar er moesten er toch een paar alsnog een penalty nemen."

"Van Breukelen en Lerby liepen langs elkaar en toen zei Van Breukelen tegen Lerby van: 'goed gedaan dat je hem erin schoot", gaat de oud-spits verder. "Toen reageerde Søren van: 'Ga jij godverdomme nu ook eens een keer een bal tegenhouden! We zitten al bij de zesde en je hebt er nog niet één gestopt'. Zo was Lerby ook, maar dat was ook wel dat elftal."

"Wij waren soms écht onaardig tegen elkaar. Dat kan een jaar, maar daarna is dat moeilijk vol te houden. Het jaar erop waren we ook succesvol, maar toen kregen we ook te maken met blessures. Lerby raakte geblesseerd, ik ook. En dan merk je dat de scherpte er een beetje afgaat. Maar dat was wel echt een geweldige tijd", aldus Kieft.